Preventie

Huidkanker valt in principe goeddeels te voorkomen.De meeste huidtumoren zijn het gevolg van te veel blootstelling aan de zon, of liever gezegd: de ultraviolette straling daarvan. Het gaat daarbij om een cumulatief (opstapelend) effect: jarenlange en toenemende beschadiging van de huidcellen, waardoor het DNA van die cellen verandert. DNA-schade wordt algemeen gezien als het begin van de vorming van tumoren.

De meeste huidkankers ontstaan dan ook pas later in het leven. Bij mensen onder de dertig jaar komen ze nauwelijks voor, maar zo wel, dan zijn het vaker kwaadaardige tumoren. Een gedeelte daarvan zijn zgn. Embryonale tumoren: huidkanker die al in de baarmoeder is ontstaan, als gevolg van een ontwikkelingsstoornis. Dit geldt vooral voor melanomen.
Het meeste gevaar lopen mensen met een zongevoelige huid.
Als het om de gevoeligheid voor zonlicht gaat, zijn er in het algemeen zes huidtypes te onderscheiden.
Type 1 heeft lichtste huid en is het meest gevoelig.
Type 6 is een donkere huid en is nauwelijks gevoelig voor de zon. De meeste blanke rassen hebben huidtype 1 tot 4, types 5 en 6 komen voornamelijk bij niet-blanke rassen voor.
 
Verbranden vermijden.
 
Gelukkig is blootstelling aan zonlicht helemaal niet zo erg. Het gaat vooral om het vermijden van zonverbranding. De vuistregel is dat een mens niet langer zou moeten zonnen dan de helft van de tijd die het kost om een rode huid te krijgen. Maar dat kan per dag verschillen en hangt vooral van de zonkracht af.
Naast het beperken van de tijd in de zon, kunt u ook zonverbranding voorkomen door beschermingsmiddelen te gebruiken, zoals zonnebrandcrèmes en sunblockers. Hoewel het nog niet absoluut zeker is dat deze middelen op de lange termijn veilig voor de huid zijn, is het in ieder geval al wel duidelijk dat ze zelden tot allergie of kanker leiden. Inmiddels is wel bekend dat zonnebrandcrèmes meestal in te geringe hoeveelheden worden gebruikt. De zonbeschermingsfactor is gebaseerd op een hoeveelheid van 2 milligram stof per vierkante centimeter, in de praktijk is dat meestal slechts een halve milligram. De bedoelde zonbeschermingsfactor wordt hierdoor zelden bereikt.
Ook het vermijden van zonblootstelling midden op de dag en het dragen van kleren kunnen helpen om zonverbranding te voorkomen.
 
Dus zonlicht is slecht?
 
Zonlicht is onontbeerlijk voor de mens, net als voor de natuur om ons heen. Zo is het onmisbaar voor de aanmaak van vitamine D. Bij gebrek aan vitamine D nemen wij weinig calcium (kalk) op en krijgen we broze en slechte botten, wat bij kinderen tot rachitis (Engelse ziekte) kan leiden. Afgezien daarvan heeft vitamine D nog meer nuttige functies in ons lichaam, waaronder het verbeteren van ons afweersysteem.
Hiermee kan het dus ook tot op zekere hoogte kanker voorkomen. Dit is in ieder geval bewezen voor darmkanker en zeer waarschijnlijk ook voor prostaatkanker en borstkanker.
Zonlicht hebben we dus nodig, maar tegelijkertijd moeten we ons beschermen tegen de zon. Dit is een paradox, waar we verstandig mee om moeten gaan. Dat is lang niet altijd makkelijk. Een bruinverbrande huid wordt nog altijd als schoonheidsideaal gezien.
Uit diverse grote voorlichtingscampagnes in Australië, waar huidkanker veel voorkomt, blijkt dat het moeite kost om mensen minder te laten zonnen.
 
Langetermijn-effect
 
Omdat het ontstaan van huidkanker vermoedelijke vele jaren duurt, zal het lang duren voordat het effect van allerlei preventieve maatregelen duidelijk wordt. Het lijkt in ieder geval belangrijk om vooral de jeugd goed tegen de zon te beschermen, want hoe eerder er veranderingen in het DNA van de huidcellen optreden, hoe groter het cumulatieve effect en dus hoe groter de kans dat een ontspoorde cel uiteindelijk uitgroeit tot een beginnende kanker. Bovendien is de huid van kinderen dunner en dus gevoeliger.