Cognitieve gedragstherapie

Deze vorm van therapie is de voorkeursbehandeling van angststoornissen. Dit omdat ruim zeventig procent van de mensen die met cognitieve gedragstherapie behandeld wordt voor angst positief reageert op de behandeling.
Cognitie is een ander woord voor gedachten, ideeën en beelden. Bij angst spelen deze begrippen een belangrijke rol. De gedragstherapie gaat ervan uit dat problemen beïnvloedt worden en kunnen blijven bestaan door iemands cognitie. Het onderzoeken en veranderen van gedrag doen angstklachten afnemen.
Tijdens de therapie worden individuele gesprekken gevoerd tussen patiënt en psycholoog. Tijdens de gesprekken wordt onderzocht welke gedachten de angst veroorzaken, of de gedachten realistisch zijn en wat voor invloed ze hebben op het gedrag van de patiënt. Daarna wordt gekeken welk gedrag de angst in stand houdt. Denk hierbij aan het obsessief controleren van het lichaam of het bekijken van overlijdensadvertenties in de krant. De psycholoog helpt de patiënt te oefenen met ander gedrag en negatieve gedachten om te zetten naar meer realistische gedachten.